Hoe sterk is de hechtzijde
in witruimte van taal
ontwennen aan de navelader
wie zet de klem
op het pasgeboren woord
hoe sterk is de hechtzijde?
Hanna Kirsten zegt: wij moeten leven in de spaties tussen de woorden en de zinnen.
De navelstreng (Hanna Kirsten gebruikt ‘navelader’ en ook dat woord vindt u in uw woordenboek) die ons voedde is afgesneden. Het woord moet, wil het overleven, afgebonden worden.
Hechtzijde, is een zijden draad om wonden te hechten en dat is natuurlijk niet toevallig de titel van een bundel gedichten: wat anders zou poëzie kunnen proberen dan wonden hechten? Alles wat het leven heeft aangericht (van aan de geboorte tot aan de dood) probeert het gedicht te hechten met een zijden draad. Een draad van zijige woorden.
Herman Leenders
48 pagina's
“Een authentieke stem herrijst, trilt nog na in de wonde.
Zie, radicale kwetsbaarheid wordt weerbaar:’kreukelschade/ aan het koetswerk/ van de taal ‘ durft zij toch te wagen, wil zij ’kaaiewaaien’.
Gevleugelde woorden stijgen op uit een dal, bieden zich aan met korst en kruim. ‘
‘Als een schelpenregen/ zinken in de diepzee/ blijde, droevige en/glorievolle geheimen’ – haar sensoren beginnen te zingen.
Zal zij alle kapen kunnen omzeilen? Deze strijd en die beweging, opwaarts- ondanks alles, spreken mij aan. Op het ritme van de seizoenen bloeit de bundel open in ultieme moederverzen, een portret van een ‘waaghalsmeisje’, …
Deze stem zal- met de doornen- weer rozen dragen.”
Peter Holvoet-Hanssen
40 pagina's
‘Elders wonen is een beheerste en doordacht gecomponeerde bundel.
Gevoelig en taalgevoelig. Dit zijn gedichten op vleugels van taal. Subtiel maar niet fragiel, gevoelig maar niet sentimenteel. Gedichten van een dichter met een heel persoonlijke stem.’
Lut de Block in Poëziekrant
47 pagina's
75 pagina's
‘De kou is uit de lucht’ werd eind 1977 voltooid.
Het verlangen naar uitbreken groeit, vergeetgrond vinden.
Wat voor nieuws brengt deze poëzie?
‘Het woord dat aantikt op het leven wil ik vinden, aan de andere kant van de taal beginnen.’
27 pagina's
[46] pagina's
‘Het is de poëzie die deel heeft aan de lente, de jeugd, de wereld van kinderen, spel en verrukking, en aan de subtiliteiten van de liefde…
Precies in deze teksten, met hun subtiele paradoxen, en in de speelse gedichten, die soms doen denken aan kinderrijmpjes, en die perfect de sfeer van ongeremde overgave aan het wonder suggereren, is Hanna Kirsten als dichteres het sterkst. Alleen daardoor, door deze basis van taalvaardigheid en spel, houdt dit debuut een grote troef in handen.’
Hugo Brems in DWB 1974 /5
47 pagina's
Laatste aanpassing: meer dan 4 jaar geleden.
Is dit auteursprofiel onvolledig? Gegevens aanvullen.